Leerdoel deze pagina:
Lees de theorie door, en bekijk de tabel en afbeeldingen goed. Als je verschillen tussen windbloemen en insectenbloemen weet. Vind je onderaan de pagina een knop, als je op deze knop klinkt kom je bij de oefentoets.
Als het stuifmeel van de ene bloem naar de stempel van de andere bloem gaat noemen we dit bestuiving. Er vind alleen bestuiving plaats als de stuifmeelkorrel op de stempel van de stamper terecht komt van een bloem van dezelfde planten soort. bestuiving kan door verschillende manieren plaatsvinden, we behandelen hier twee verschillende manieren door de wind en door insecten.
We onderscheiden daarom insectenbloemen en windbloemen. Allebei de bloemen hebben hun eigen kenmerken. Bloemen waarbij het stuifmeel van bloem tot bloem wordt overgebracht door insecten noemen we insectenbloemen. Deze bloemen vallen vaak goed door hun felle kleuren (fel gekleurde kroonbladeren) en relatief grote omvang. De stempel en helmknoppen van insecten bloemen zit vaak diep in de bloem verstopt. De felle en grote kroonbladen dienen om de insecten te lokken. Insectenbloemen maken naast hun kroonbladen, ook gebruik van nectar. Nectar is een zoet geurend sap, onderin de bloem. Insecten zoals vlinders hebben een lang tong mond die ze uitrollen om het nectar onderin de bloem op te kunnen zuigen.
Bloemen die door de wind worden bestoven, noemen we windbloemen. De kroonbladen van windbloemen zijn vaak klein en onopvallend. De kroonbladen zijn daarom vaak groen van kleur. De stempel en helmknoppen van windbloemen hangen meestal buiten de bloem zelf. Hierdoor kan de wind het stuifmeel van meeldraden af blazen. Het stuifmeel moet dan toevallig op de stempel van een bloem van dezelfde planten soort terecht komen. Deze kans is natuurlijk niet zo groot. Om die reden maken windbloemen in verhouding met insectenbloemen veel meer stuifmeelkorrels aan. Om de kans op bestuiving groter te maken zijn de stampers vaak groot en veervormig hierdoor is de kans groter dat er toevallig een stuifmeelkorrel tegen aan waait, omdat het oppervlakte een stuk groter is dan bij een kleine stamper.
Kenmerken insectenbloemen | Kenmerken windbloemen |
De bloemen zijn meestal groot | De bloemen zijn meestal klein en vallen niet op |
De kroonbladen zijn meestal opvallend gekleurd | De kroonbladen zijn meestal groen gekleurd |
De bloemen geuren | De stuifmeelkorrels zijn meestal licht en glad |
De bloemen hebben vaak nectar | De meeldraden produceren in verhouding heel veel stuifmeelkorrels |
De stuifmeelkorrels zijn ruw en kleverig | De Stempels zijn vaak groot een hebben de vorm van een veer |
De meeldraden maken in verhouding weinig stuifmeelkorrels aan | De helmknoppen en stempels steken buiten de bloem uit |
De helmknoppen en stempels zitten binnen in de bloem | |
De stempels zijn meestal klein |